Ruim 1 miljoen euro extra voor starters op woningmarkt
Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten om voor 2025 nog 1,3 miljoen euro extra beschikbaar te stellen voor de starterslening in de gemeente Roosendaal. Hiermee bieden zij starters op de woningmarkt een steun in de rug en vergroten zij hun kansen op de woningmarkt. Het extra budget is nodig om alle aanvragen te kunnen honoreren. Dit voorstel wordt nu voorgelegd aan de gemeenteraad.
Om de woningmarkt te ondersteunen verstrekt de gemeente Roosendaal al een aantal jaar startersleningen via het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn). Rente en aflossingen van deze leningen vloeien terug in het fonds, maar door de vele aanvragen is het budgetplafond bijna bereikt. In 2025 was sprake van een budget van 2,56 miljoen euro binnen het stimuleringsfonds, maar het aantal aanvragen voor de starterslening is dit jaar weer verder gestegen.
Stijgende lijn in aanvraag Starterslening
In 2024 zijn er in totaal 148 aanvragen binnengekomen voor de starterslening en daarvan zijn er 135 toegewezen. Dat is beduidend meer dan de 94 toewijzingen in 2023. Voor dit jaar werd uitgegaan van 150 aanvragen, maar tot en met augustus zijn er al 119 aanvragen ontvangen. We verwachten dat dit aantal oploopt tot ongeveer 185 aanvragen. Door het budget met 1,3 miljoen euro te verhogen, kunnen ook deze extra aanvragen worden gehonoreerd en blijft de regeling beschikbaar tot eind 2025.
Kansen voor starters verhogen
Wethouder Paul de Beer: “We willen dat starters in Roosendaal, maar zeker ook in de dorpen ook nu een eerlijke kans hebben op de woningmarkt. Daarom stellen we dit jaar nog 1,3 miljoen euro extra beschikbaar voor startersleningen. Vanaf 2026 komt er bovendien opnieuw 5 miljoen euro beschikbaar. Zo blijven we investeren in de toekomst van onze jongeren en vergroten we hun mogelijkheden om een eigen huis te kopen. Dit is ook in lijn met de motie die de gemeenteraad unaniem heeft aangenomen om maatregelen te treffen zodat jongeren zich makkelijker in de dorpen kunnen vestigen.”
