Al meerdere malen waren we naar het huis geweest waar een echtpaar elkaar het leven zuur maakte. Als ze zelf niet belden over een ruzie dan belden de buren wel dat het weer eens hommeles was.
Bijzonder aan deze echtelijke twist was dat ze elkaar tijdens deze ruzies, naast het schelden en foeteren, nooit met een vinger aanraakten. Man en vrouw waren zeer intelligent en noemden hun geschreeuw en scheldpartijen steevast, ‘eenvoudige vetes’.
Die dag waren wij dus voor de zoveelste maal bij het ruziemakende echtpaar thuis.
Mijn collega voerde het gesprek met de vrouw en ik wat verderop met de man. Tijdens dat gesprek werd me nu duidelijk dat ze beiden er wel over uit waren dat een echtscheiding de enige optie was. Ik voorzag de man van wat praktische tips en hoopte dat ze er samen uit zouden komen.
Toen we al in de auto zaten en weg wilden rijden wenkte de man mij nogmaals en door het geopende autoraam vroeg hij mij op en zeer rustige toon: “Dus als ik het goed begrijp zegt u dat de helft van al onze bezittingen van mij is en de andere helft van mijn vrouw ?” Mijn collega en ik knikten instemmend en kregen de indruk dat die scheiding er nu toch echt ging komen.
Diezelfde nacht had ik nachtdienst en het zal rond een uur of drie zijn geweest dat we snel achter elkaar een aantal meldingen kregen over geluidsoverlast. Volgens de melders leek het alsof er iemand met een motorzaag bezig was. We gingen snel naar de locatie en konden op het geluid van de motorzaag afgaan. Opnieuw waren we in dezelfde straat van gisteren toen we naar “de vete” gingen, het huis van het scheldende echtpaar.
Toen ik de straat inreed viel mij direct het leren bankstel op, dat in tweeën was gezaagd en de weg blokkeerde. Ook lagen op straat allerlei stukken huisraad die één ding gemeen hadden: ze waren vrijwel allemaal keurig doormidden gezaagd; een halve tafel, halve stoelen en halve kasten.
We volgden het geluid van de motorzaag en kwamen uit bij een parkeerplaatsje achter de woning. Daar stond de man bovenop de motorkap van een auto, een bordeauxrode 2CV met een ronkende kettingzaag in zijn handen. De auto was eigenlijk al vrijwel geheel in de lengte doorgezaagd. Hevig bezweet zei de man: “De helft van alles was van mij toch ?”……
Reageren
- Wilt u op dit politieverhaal reageren? Vul het reactie formulier Via Deze Link in . Uw reactie gaat naar de auteur, die eventueel contact met u opneemt.