Minister Asscher gaat in beroep tegen Roosendaler

Minister Asscher legt zich niet neer bij de uitspraak van de rechtbank Breda. Die schold een boete van 9000 euro kwijt voor een Roosendaler die zijn huis in 2013 door Roemenen zonder werkvergunning had laten schilderen.

Vandaag schrijft dagblad Trouw: "Inwoner Roosendaal moet gewoon betalen voor inhuren arbeidskrachten zonder vergunning, vindt Lodewijk Asscher (PvdA)." Dat betekent dat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aanklopt bij de Raad van State om de uitspraak te laten vernietigen.

Je zou denken: waar maakt het ministerie zich druk om? Het gaat tenslotte om een kleine rechtszaak en een bedrag dat voor de overheid niets voorstelt. De zaak kan echter grote gevolgen hebben.

De afgelopen jaren heeft de overheid voor zo'n 150 tot 200 miljoen euro aan boetes uitgeschreven voor 'illegale arbeid' door onder andere Roemenen en Bulgaren. Als de Roosendaler gelijk krijgt, kan in feite iedereen die een dergelijke boete heeft gehad naar de rechter stappen en de zaak laten terugdraaien.

Het gaat echter ook om het principe. Woordvoerder van minister Asscher Friso Fennema vertelt: "In het EU-verdrag staat dat er vrij handelsverkeer geldt tussen de lidstaten. Alleen mag een land vlak na de toetreding van een nieuwe lidstaat de arbeidsmarkt nog enkele jaren gesloten houden."

In 2013, toen de Roemenen in Roosendaal aan het schilderen waren, gold dat zogeheten overgangsrecht nog. "Dat klopt," bevestigt Fennema. "Ook Bulgaren en Polen waren op dat moment nog niet vrij om in Nederland te werken."

Op dit moment is de Nederlandse arbeidsmarkt alleen nog gesloten voor het nieuwste EU-lid, Kroatië. Over een paar jaar zijn ook Kroaten vrij om hier te werken. Tot die tijd hebben ze een werkvergunning nodig.

Fennema: "We krijgen veel aanvragen voor werkvergunningen. We willen echter graag werkloze Nederlanders aan de slag helpen. Daarom wijzen we ook veel van die aanvragen af."

Het is nog niet bekend wanneer de Raad van State zich over de zaak buigt.